“John Edmund Andrew Phillips” is Amerikaans zanger en songwriter en werd geboren
op 30 augustus 1935, Parris Island, zuid Carolina.
Hij was de zoon van een militair en een huisvrouw.
De opvoeding van Phillips was verontrustend en vaak eenzaam.
Hij vormde op de middelbare school verschillende bands, maar zijn universiteitsleven was niet succesvol.
Hij had een kleine hit “Softly” in de late jaren ’50 met zijn groep, “The Smoothies”.
Phillips had zijn liedjes gearrangeerd met “Four Freshmen” harmonieën, om te zingen met zijn vrienden Philip Blondheim, die later zijn naam veranderde in “Scott McKenzie”, “Bill Cleary” en “Mike Boran”.
Begin jaren zestig vormde hij een folkloregroep genaamd “ Journeymen” with McKenzie en een getalenteerde banjospeler “Dick Weissman”.
Het ging goed met de band en toerden uitgebreid in het folkclub- en universiteitscircuit.
De stress van het reizen was een zware druk op zijn eerste huwelijk met Susan Adams, moeder van zijn twee oudste kinderen.
Maar het breekpunt kwam toen hij een aantrekkelijke zeventienjarige blondine ontmoette met de naam “Michelle Gilliam” tijdens een verloving in het koffiehuis van San Francisco de Hungry.
Phillips scheidde uiteindelijk van en trouwde met Gilliam in 1962.
Hij was de leidende kracht achter de “Mamas en de Papa’s”, de folkpop – rockgroep die ongeveer in twee jaar tijd in het midden van de jaren zestig zes nummers in de top 10 had en een wereldwijde omzet van miljoenen.
Ze gaven vorm aan het hippie-‘flower power’-tijdperk in de verenigde staten.
Halverwege de jaren zestig werkten hij en zijn tweede vrouw, Michelle Gilliam, samen met “Dennis Doherty” en later “Cass Elliot”, ze verhuisden naar Los Angeles en noemden zichzelf de Mama’s en de Papa’s.
Hun eerste single, “California Dreamin” uit 1965, bereikte hoge posities in de hitlijsten, en hun volgende, “Monday, Monday” uit 1966, geschreven door John Phillips bereikten de nummer één positie en ze wonnen er een Grammy Award mee.
Elf andere honkslagen volgden. De groep ontbond in 1968, herenigde slechts kort in 1971.
Phillips bracht zijn eerste solo-album, “Wolfking of L.A.” uit in 1970.
Het album was commercieel niet echt een succes hoewel er een kleine hit op stond, “Mississippi” en Phillips trok zich terug uit de spotlight terwijl zijn drugsgebruik toenam.
Actrice “Geneviève Waïte” werd in 1972 zijn derde vrouw.
Hij produceerde een album van Genevieve Waite, “Romance Is On the Rise” maar dat werd geen succes.
Haar carrière als actrice prikkelde Phillips’ vasthoudendheid door muziek te schrijven voor films en Broadway uitvoeringen.
Hij schreef een musical, maar die werd genadeloos bekritiseerd en werd tijdens de try-outs al geschrapt.
Hoewel hij in de jaren zeventig worstelde met alcohol problemen en drugsmisbruik, schreef hij muziek voor films .
In 1982 toerde hij met een nieuwe line-up van de Mama’s en de Papa’s, waaronder een van zijn dochters “Chynna” uit het huwelijk met “Michelle Gilliam” en “Doherty”.
De autobiografie van Phillips, Papa John, werd in 1986 gepubliceerd en in 1998 werden de Mama’s en de Papa’s ingewijd in de Rock and Roll Hall of Fame.
In de jaren ’90 kwam aan zijn verslaving een einde, hij kreeg een levertransplantatie in 1992.
Hij overleed op 18 maart 2001, in Los Angeles aan hartfalen en werd bijgezet in een crypte op de Forest-begraafplaats, vlak bij Palm Springs, Californië, waar hij leefde met zijn vierde vrouw, “Farnaz”.
Hij overleed slechts enkele dagen na het voltooien van zijn nieuwe album “Phillips 66” dat postuum werd uitgebracht in augustus 2001.
Maar dit weekend is hij de Gouden terugblik met zijn solo nummer Mississippi.