De lichtmatroos deel 3.

Op latere schepen was het probleem van het water nog niet opgelost.
Het water werd wel door pompen in een dagtank opgepompt, maar er kon maar een beperkte hoeveelheid drinkwater worden ingeslagen.
In de koggeschepen die tussen de Hanzesteden voeren werd in het water een zilveren duit gedaan om het bederf van het drinkwater te verminderen.
Later werd het drinkwater goed gehouden door er een soort bleekpoeder in te doen, lekkerder werd het er niet van, maar het bedierf ook niet.
Om de tank tegen roest te beschermen werd deze aan de binnenzijde gesausd met cement, zo ontstond er een beschermende laag.
In bijna elke haven waar veilig drinkwater was, water gebunkerd, zo ontstond er een cocktail van water uit verschillende landen met een internationale smaak.
Zo voer er in de haven ook de zogenaamde waterboot.
Een waterboot is een schip dat wordt gebruikt voor het leveren van water aan zee- en binnenschepen. Het is vrijwel altijd een binnenschip, een tanker.
Het gaat daarbij niet alleen om drinkwater, maar ook om demiwater (is water waaruit alle zouten die doorgaans in leidingwater in vrij kleine hoeveelheden aanwezig zijn, verwijderd zijn) .
Het water wordt uitgevent door in dit vervoer gespecialiseerde bedrijven.
Tegenwoordig is er genoeg water voorhanden op de schepen door het gebruik van een ontziltingsinstallatie, deze zorgt ervoor dat uit zout water, zoet water wordt gemaakt.
Tijden veranderen zo ook de manier van werken aan boord van een schip, de bakkie jongen is allang niet meer.

13 gedachten over “De lichtmatroos deel 3.

  1. Lies

    Toch boeiend om eens te lezen, Hans !
    Brugge, oudste Hanzestad in het graafschap Vlaanderen…
    Lie(f)s.
    @Dank voor je mailtje.

  2. John

    De mens wordt steeds innovatiever Hans. Zo’n ontziltingsinstallatie was een echte uitkomst. Zou ook wat zijn voor huishoudens. Drinkwater kan zo een stuk goedkoper blijven in landen waar weinig water voor handen is.

Reacties zijn gesloten.